Op maandag 21 maart jongstleden werd Nederland opgeschrikt door een schietpartij in een Utrechtse tram, die nu bekend staat als een verschrikkelijke aanslag. Bij de aanslag zijn vier doden gevallen en de vermoedelijke schutter is opgepakt. Het dreigingsniveau in de provincie Utrecht werd opgeschroefd naar het hoogste niveau, waarbij iedereen in Utrecht werd opgeroepen binnen te blijven (De Volkskrant, 2019).
Door: Sanne Paras
Nog op dezelfde avond is Gökmen T. als verdachte aangehouden en wordt meteen gesproken over een aanslag, zonder dat het motief duidelijk is. Hij wordt verdacht van meervoudige moord of doodslag met terroristisch oogmerk, een poging tot meervoudige moord of doodslag met terroristisch oogmerk en bedreiging met een terroristisch oogmerk. De 37-jarige man zegt alleen te hebben gehandeld en geeft toe schuldig te zijn (NU.nl, 2019). De verdachte is al vaker in aanraking geweest met justitie en zijn oudere broer is aanhanger van de Kaplancilar, een radicaalislamitische splintergroepering uit Turkije (De Volkskrant, 2019). De vraag die bij iedereen heerst is of T. mogelijk heeft gehandeld vanuit een terroristisch motief.
Terrorisme is gewelddadig politiek activisme (van Dongen). Het is het uit ideologische motieven dreigen met, voorbereiden of plegen van ernstig geweld, gericht op mensen. Een andere definitie is daden gericht op het aanrichten van maatschappij-ontwrichtende schade, met als doel maatschappelijke veranderingen te realiseren, de bevolking ernstige angst aan te jagen of politieke besluitvorming te beïnvloeden (AIVD, 2019). Volgens Townshend (2014) is het doel vooral het choqueren van mensen. De definities verschillen en men plakt snel het label ‘terrorist’ op een persoon of groep. Er zijn geen terroristische activiteiten die niet in de gewone wetgeving als crimineel worden beschreven (Townshend, 2014). Het is dus moeilijk te definiëren wanneer een criminele handeling is gepleegd met of zonder terroristisch motief.
Er kunnen verschillende factoren een rol spelen bij het totstandkomen van een terroristische aanslag. Ten eerste kan het te maken hebben met onvoldoende waardering of zelfs afkeuring door de meerderheidsgroep. Ook kunnen culturele waarden en opvattingen een invloed zijn bij terrorisme (Pligt en Koomen, 2009). Situaties van gebrekkig gezag, gebrekkige sociale voorzieningen en gebrekkige interactie met de buitenwereld kunnen leiden tot terrorisme. Ook hebben mensen met een criminele achtergrond sneller en/of makkelijker toegang tot terrorisme (Dechesne en Veer, 2010). Terroristen kunnen politieke redenen hebben, zoals repressie of samenzwering, als persoonlijke redenen, zoals erkenning, zelfopoffering of sensatiezucht (van Dongen, 2017).
Hoe het zit bij T. is vooralsnog een raadsel. Is hij een mogelijke crimineel of een terrorist?
Tekstredactie: Melloney Temmerman
Bronnen:
AIVD. (2019). Terrorisme: wat is terrorisme en waarom doet de AIVD er onderzoek naar. Geraadpleegd via https://www.aivd.nl/onderwerpen/terrorisme
Dechesne, M., & Veer, J., van der. (2010). Criminaliteit in relatie tot gewelddadig radicalisme en terrorisme. Geraadpleegd via https://repository.tudelft.nl/view/wodc/uuid:4a94a5b3-e7df-47d8-b6cd-ce2bcb7fc30b
De Volkskrant. (2019, 20 maart). Schietpartij Utrecht: dit is wat we tot nu toe schreven. De Volkskrant. Geraadpleegd via https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/schietpartij-utrecht-dit-is-wat-we-toe-nu-toe-schreven~b7e4a651/
Dongen, T., van. (2017). Radicalisering ontrafeld: tien redenen om een terroristische aanslag te plegen (1e ed.). Amsterdam, Nederland: Amsterdam University Press.
Nu.nl. (2019, 21 maart). Dit weten we over de aanslag in de Utrechtse tram. Nu.nl. Geraadpleegd via https://www.nu.nl/weekend/5803194/dit-weten-we-over-de-aanslag-in-de-utrechtse-tram.html
Pligt, J., van der., & Kroomen, W. (2009). ACHTERGRONDEN EN DETERMINANTEN VAN RADICALISERING EN TERRORISME. Geraadpleegd via https://pure.uva.nl/ws/files/759245/90588_325289.pdf
Townshend, C. (2014). Elementaire Deeltjes 21 – Terrorisme (1e ed.). Amsterdam, Nederland: Amsterdam University Press.